vrijdag 27 mei 2016

Spiegelbeeld Victoria deel 9

Deel 9 737  

Hoofdstuk 4

‘En?’ vroeg Vic aan Angela.
Eigenlijk hoefde ze het niet te vragen.
De uitdrukking op het gezicht van haar vriendin - want zo beschouwde ze Angela toch wel, als een vriendin en ze hoopte dat het gevoel net zo wederzijds was als ze dacht, ook al diende Angela nota’s in die Victoria betaalde en was hun verbintenis ook zakelijk, maar dat was een ander deel van hun relatie, de basis was vriendschap, althans, tenminste, zo voelde het - zei voldoende over de loop van het gesprek.
‘Wacht maar,’ zei ze, wees Angela naar een stoel, liep zelf naar het koffiezetapparaat en toverde er een beker koffie met meer melk dan koffie uit, deed wat kaneel op het schuim en schoof de beker naar Angela, voor ze een koffie voor zichzelf koos. Angela hield er niet van om alleen te drinken.
Angela vouwde haar handen om de beker en staarde naar het schuim. ‘Ze is nog steeds mijn grootste fan,’ zei ze. ‘Angela-la-la-lassie, zo noemt ze me, wist je dat?’
Victoria glimlachte, enigszins schuldbewust maar Angela glimlachte terug, leek geen problemen te hebben met haar toch wat merkwaardige bijnaam, en Vic durfde ook genegenheid in haar glimlach te stoppen. 
‘Catharina noemt ze XS Catharina,’ zei Angela. ‘Je kunt zeggen wat je wilt, maar je zuster heeft wel gevoel voor humor.’
Vic glimlachte weer en bedacht dat het een goede zaak was dat Angela-la-la-Lassie ook gevoel voor humor had.
‘Ze herkende Catharine, overigens,’ zei Angel. ‘Het kostte haar wat moeite, maar ze kreeg het voor elkaar.’
‘Knap,’ zei Vic. ‘Jullie hebben ook nog eens allemaal een witte jas aan, dat lijkt me extra lastig bij gezichtsblindheid.’
Angela trok een mmwwhha gezicht en Vic hield haar hoofd wat scheef.
‘De manier waarop iemand beweegt, de klank van de stem, de manier waarop iemand zijn hoofd houdt, ik denk dat ze daarop let. Mij herkent ze ook, onmiddellijk en elke keer. Ik let er ook op: nette kleren, keurig kapsel, altijd hetzelfde.’
‘Dat zal het zijn,’ zei Vic, en ze kon een zweem mismoedigheid niet uit haar stem bannen. Er waren dagen, veel dagen zelf, waar Azeline haar zuster voorbij liep op straat of in een winkel ineens om ‘Vic, Vic, Vic,’ riep, al stond Vic, Vic, Vic op nog geen meter afstand.  
Ze strooide kaneel over haar eigen schuim en koos voor twee zakjes suiker en ging tegenover Angela zitten.
‘Ze is oké,’ zei Angela. ‘Ze heeft haar hoofd gestoten, zeker, en haar handen zullen nog een paar dagen ruw en rauw zijn, maar ze is oké.’
‘Het was een Azeline-momentje, dus,’ zei Vic.
Ze wilde het geloven. Ze wilde het zo erg geloven.
‘Duidelijk een Azeline-momentje,’ zei Angela.’ Ik heb haar toch gevraagd om binnen te komen, volgende week, om even te kijken of de medicatie nog alle dingen doet die het moet doen en ze reageerde niet al te negatief. Dus als je haar een beetje kunt helpen om die afspraak ook na te komen, dan denk ik dat we er weer helemaal zijn.’
Angela schoof een kaartje over tafel, waarop dag en tijd en kamernummer al keurig waren ingevuld. 
‘Maar je denkt dus echt dat het niks is?’ vroeg Vic. ‘Een clownsmoment, Azi in haar eigen wereld, meer niet?’ Ze stak tegelijkertijd het kaartje in haar tas, bij Azelines autosleutel en portemonnee en tikte een paar maal op de stoffen zijkant van de tas om aan te geven dat ze het kaartje zou bewaren en Azeline er zou zijn, volgende week. 
‘Denk jij dat het meer is?’ vroeg Angela.
Ze keek Victoria recht aan, met haar warme bruine ogen die toch zo koel konden lijken als ze vermoedde dat iemand haar bedotte. Vic wilde niemand bedotten, maar -
‘Het leek alsof ze met iemand stond te praten,’ zei ze. ‘Meerdere keren. En ook reageerde op wat werd teruggezegd. Het leek zo hoor, ik weet natuurlijk niet wat er echt gebeurde. Beide keren was ik niet direct bij haar.’
Vic rilde.
Zij was niet bij Azeline, maar iemand anders
- Harold -
- Harold -
- Harold -
wel.

Angela zweeg, keek haar alleen maar aan met die bijzondere bruine ogen, die soms zwart en soms goudkleurig leken, al naar gelang haar stemming, al naar gelang haar gedachten over de gedachten van haar gesprekspartners.
‘Het is ook geen fijn huis,’ zei Vic.  

Angela zei niks en Victoria huiverde nog eens, verborg zich in de warmte van haar koffiebeker.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten